Ongebonden lokale heffingen (niet gerelateerd aan kostendekkendheid)
Onroerende zaakbelastingen (OZB)
De onroerende zaakbelastingen zijn voor zowel woningen als niet-woningen gebaseerd op de verwachte loon- en prijsstijgingen (2018: 1,5%, in de periode 2019-2021: 2%). De totale opbrengst OZB is voor 2018 geraamd op € 19.312.000. Als in januari van het begrotingsjaar de aanslag wordt opgelegd, gebeurt dat op basis van de WOZ-waarde op het moment van de aanslag. Deze kan zowel naar boven als naar beneden afwijken van de waarde waarvan in deze begroting is uitgegaan.
In het verleden werd de ten gevolge van leegstand gederfde inkomst gebruikersbelasting OZB verdisconteerd in de aanslag OZB gebruikers niet-woningen. De wel aanwezige gebruikers van niet-woningen betaalden daardoor een hoger OZB-tarief. Met ingang van 2017 is besloten om de geraamde leegstand gelijkelijk te verdelen over de OZB-tarieven voor eigenaren (50%) en gebruikers (50%) van niet-woningen (bedrijfspanden). Met ingang van 2018 wordt vanuit het oogpunt van een eerlijke lastenverdeling de leegstand voor 100% verdisconteerd in de OZB-aanslag voor eigenaren niet-woningen.
Omdat dit een verschuiving is, heeft dit een budgetneutraal effect op de gemeentelijke inkomsten maar deze leegstandverdiscontering heeft wel een effect op de OZB-tarieven van niet-woningen voor eigenaren en gebruikers. Hierdoor stijgt de onroerende zaakbelasting voor de eigenaar van niet-woningen fors.
Hondenbelasting
De hondenbelasting is gebaseerd op de verwachte loon- en prijsstijgingen (2018: 1,5%, in de periode 2019-2021: 2%). Gelet op de realisatie in de afgelopen jaren is een lichte stijging in de opbrengst geraamd. De geraamde opbrengst voor het jaar 2018 bedraagt € 508.000 .
Precariobelasting
De precariobelasting is gebaseerd op de verwachte loon- en prijsstijgingen (2018: 1,5%, in de periode 2019-2021: 2%). De geraamde opbrengst bedraagt voor het jaar 2018 € 309.000.
Gebonden lokale heffingen (gerelateerd aan kostendekkendheid)
Bepalen overhead uurtarief
Een belangrijk onderdeel van de nieuwe BBV-regels is dat overheadkosten apart, via een voor alle tarieven te gebruiken verdeelsleutel, aan de kosten van een voorziening moeten worden toegerekend. In Hilversum gebeurt dat door middel van een standaardopslag op het uurtarief van de formatie, die belast is met de gemeentelijke heffingen. Die opslag is berekend door de totale overheadkosten te delen door het totaal aantal productieve uren van de gemeentelijke, personele formatie (fte's).
De opslag overhead per productief uur bedraagt in 2018:
Rioolheffing
Beleid
De uitgangspunten voor de exploitatie van het rioolstelsel en de manier waarop de kosten worden gedekt, zijn beschreven in het Gemeentelijke Rioleringsplan (GRP). In dit plan is rekening gehouden met het opbouwen van een spaarvoorziening om daarmee op termijn de vervangingsinvesteringen rechtstreeks uit de jaarlijkse opbrengst van de rioolheffing te kunnen betalen. Daarnaast zetten wij de middelen in de egalisatiereserve in om het tarief stabiel en zo laag mogelijk te houden. Deze voorziening heeft als specifiek doel de resultaten op het product riolering te verrekenen en kan alleen ingezet worden ter demping van de tarieven.
In 2016 is onderzoek gedaan naar de kostendekkendheid van het riooltarief en is duidelijk geworden dat wij aanvullende kosten aan het tarief mogen toerekenen. In de Kadernota 2017 is aangegeven dat ondanks het toerekenen van aanvullende kosten de rioolheffing toch 100% kostendekkend zou kunnen worden, zonder dat de tarieven veel zouden stijgen. Dit is mogelijk bij een overstap van een gebruikersheffing naar een eigenarenheffing. Bij een eigenarenheffing zouden de kwijtscheldingskosten namelijk wegvallen en de lasten over een grotere groep worden verdeeld. Een dergelijke overstap vonden wij verdedigbaar omdat bij deze systematiek de door leegstand misgelopen rioolheffing niet door de gebruikers hoeft te worden opgebracht. Wij hebben echter besloten om te wachten met de overstap naar een eigenarenheffing riolen totdat duidelijk is wat er gebeurt met het wetsvoorstel tot afschaffing van de eigenarenheffing, dat ter behandeling naar de Tweede kamer is gestuurd.
Daarnaast komt het effect van het nieuwe financiële beleid gedeeltelijk terecht in de rioolexploitatie.
Het gaat om hogere kapitaallasten als gevolg van de afwaardering van investeringen met een aanschafprijs onder €50.000 en een toename van personeels- en overheadkosten als gevolg van het niet langer activeren van VAT-kosten.
Het gevolg van deze ontwikkelingen is dat de kostendekking van de riolering stijgt tot 96% in plaats van de bij de Kadernota voorgestelde 100%. Een hoger kostendekkingspercentage dan 96% heeft een te nadelig effect op de woonlasten als totaal (riool- en afvalstoffenheffing en ozb).
Afvalstoffenheffing
Beleid
Het verwijderen van ons afval is uitbesteed aan de Regio Gooi en Vechtstreek. De begroting van
de Regio Gooi en Vechtstreek is bepalend voor de tarieven afvalstoffenheffing. In eerste instantie moet Hilversum via die begroting toezien op een efficiënte en effectieve afvalinzameling, om daarmee de tarieven afvalstoffenheffing voor de burger zo stabiel en laag mogelijk te houden.
Op rekeningbasis is er regelmatig sprake van overschotten. Vanwege het structurele karakter
hiervan anticiperen wij daarop bij de bepaling van de hoogte van de tarieven afvalstoffenheffing.
Dit is in lijn met een gerechtelijke uitspraak hierover. Daarnaast zetten wij de reserve in om de tarieven afvalstoffenheffing zo stabiel en laag mogelijk te houden.
In 2016 is onderzoek gedaan naar de kostendekkendheid van het tarief afvalstoffenheffing en is duidelijk geworden dat wij aanvullende kosten aan het tarief mogen toerekenen.
Verder neemt de begroting van de namens de Regio Gooi en Vechtstreek uitvoerende Grondstoffen- en Afvalstoffen Dienst (GAD) toe in omvang. Wij hebben de berekening van onze tarieven hierop afgestemd. Tegelijk gaan wij er vanuit dat er efficiencywinst te behalen is. Hierop gaan we inzetten met een 213a-onderzoek bij de GAD. Door deze maatregelen, en door inzet van de egalisatiereserve, realiseren wij in stappen een kostendekking van 90% en houden de tarieven daarbij op het niveau van de begroting 2017.
Marktgelden
Beleid
Voor de kostentoerekening en het berekenen van de tarieven voor de marktgelden vormt het extern onderzoeksrapport naar de kostendekkendheid de basis. Uit dit rapport komt naar voren dat we meer kosten mogen toerekenen dan we voorheen deden. Voorheen werden bijvoorbeeld niet alle schoonmaakkosten en inningskosten doorberekend.
Bij de herinrichting van het marktplein is op verzoek van de marktcommissie een wijziging in de bouwfasering doorgevoerd. De meerwerkkosten hiervan bedroegen € 160.000. Er is met de marktcommissie overeengekomen dat deze kosten in het markttarief verwerkt worden. Op verzoek van de markt gebeurt dit in 5 jaar (€ 32.000 per jaar). Ook de aan de markt toe te rekenen kosten van de herinrichting zijn in het tarief verwerkt. Het gaat om 2/7 van de herinrichtingskosten.
De kostendekking van de markt komt in 2018 uit op 80%. Een hogere kostendekking leidt tot een tarief dat aanligt tegen het hoogste tarief in de regio en dat verdraagt zich niet met het uitgangspunt van lage tarieven. Voor de markt is 100% kostendekking in een periode van 5 jaar haalbaar.
Parkeerbelastingen
Beleid
Er is sprake van een tweetal parkeertarieven. De tarieven voor straat-parkeren en voor vergunningen. Deze kunnen los van de kosten van de parkeerexploitatie worden bepaald.
Daarnaast kennen wij de naheffingsaanslag parkeerbelastingen, die wordt opgelegd als iemand niet of niet genoeg heeft betaald voor straat-parkeren of een vergunning.
De parkeertarieven voor straat-parkeren en voor vergunningen passen wij niet aan, maar wij handhaven die op het niveau van 2017.
Het tarief voor de naheffingsaanslag is wettelijk gemaximeerd (in 2018 op € 62). De gemeente mag dit bedrag alleen naheffen als de kosten die de gemeente moet maken voor de handhaving hoger zijn dan de opbrengst van de naheffingsaanslagen. De gemeente mag dus geen winst maken op de naheffingsaanslagen.
Door de invoering van de digitale parkeervergunningen en het belparkeren zijn de opbrengsten voor straat-parkeren en vergunningen flink gestegen. De opbrengsten uit naheffingsaanslagen parkeerbelastingen zijn juist flink gedaald. Dit komt omdat het minder vaak voorkomt dat mensen geen of te weinig parkeerbelasting betalen. Doordat de opbrengsten van de naheffingsaanslagen dalen en de kosten van de handhaving gelijk blijven, zijn de kosten in Hilversum per naheffingsaanslag parkeerbelasting hoger dan het wettelijke maximale tarief. Hierdoor is het voorstel om voor 2018 het wettelijke maximum tarief van € 62,- vast te stellen.
Leges
Beleid
De legesverordening bevat de tarieven voor een veelheid van gemeentelijke producten en diensten.
De verordening is opgedeeld in titels. In elke titel is een bepaalde categorie gemeentelijke producten ondergebracht. De wettelijke eis is dat kostendekking op het niveau van de verordening als geheel niet meer bedraagt dan 100%. De berekening per titel geeft inzicht in de mate van kostendekking per categorie producten en diensten. Dit geeft ook inzicht in de mate van kruissubsidiëring. Hiervan is sprake als er titels zijn waarbij de kostendekking meer dan 100% bedraagt en er titels zijn waarbij de kostendekking onder dat niveau ligt. In enkele gevallen worden de tarieven bij wet vastgesteld. Voor de omgevingsvergunning blijft het huidige tarief van 3,4 % van de bouwsom gehandhaafd. In verband met de grote hoeveelheid verschillende tarieven verwijzen wij hiervoor naar de legesverordening.
Havengelden
Beleid
De havengelden bestaan uit liggelden van woonboten en kadegelden voor vracht- en recreatievaart. Het overgrote deel is afkomstig van woonschepen. Van recreatievaart is nauwelijks meer sprake en ook het vrachtverkeer neemt af. Kostendekkende tarieven zijn niet haalbaar. De gemeentelijke tarieven zijn nu al vergelijkbaar of hoger dan de commerciële tarieven van de particuliere havens in de omgeving. Daarnaast bieden particuliere havens meer faciliteiten en toezicht. In verband met de grote hoeveelheid verschillende tarieven verwijzen wij hiervoor naar de verordening havengelden.
Inkomsten uit lokale heffingen
In onderstaande tabel zijn de inkomsten uit lokale heffingen weergegeven